Een derde van Vlaanderen is volgebouwd - in 55 gemeenten meer dan de helft

Het ruimtebeslag is in de periode 2013-2016 in Vlaanderen toegenomen van ruim 443.000 hectare tot meer dan 450.000 hectare, ofwel van 32,5 procent naar 33,0 procent van Vlaanderen. Dat komt overeen met een groei van ongeveer 7.000 hectare of een groeisnelheid van ongeveer 6,4 hectare/dag. De grootste groei is er op het vlak van huisvesting met een toename met 4.500 hectare. In 55 Vlaamse gemeenten is het ruimtebeslag hoger dan of gelijk aan 50 procent.

Ruimtebeslag is het aandeel van de ruimte dat is ingenomen door huisvesting, industriële en commerciële doeleinden, transportinfrastructuur of recreatieve doeleinden. Serres, parken en tuinen maken hier ook deel van uit. Dit stemt overeen met de Europees gehanteerde definitie van ‘settlement area’. Naast bebouwing of verharding bevat het ruimtebeslag dus bijvoorbeeld ook tuinen bij woningen, buurtparken, voetbalvelden en dergelijke.

Landgebruik binnen ruimtebeslag in 2016

Binnen het ruimtebeslag komen verschillende vormen van landgebruik voor. Het ruimtebeslag in 2016 bestaat voor ongeveer 39 procent uit percelen voor huisvesting (huizen, inclusief tuinen). Wegen en spoorwegen nemen 18 procent in. Terreinen voor diensten en voor industriële en commerciële doelen (bedrijventerreinen, handelsruimten, inclusief parkings en groen op de percelen) zijn goed voor 13 procent van het ruimtebeslag. En 6,5 procent bestaat uit terreinen met recreatieve doeleinden (parken, sportterreinen of recreatiedomeinen). Landbouwgebouwen en – infrastructuur nemen bijna 2 procent in beslag.

Verder is het landgebruik van meer dan 10 procent van de overig bebouwde terreinen niet eenduidig vast te stellen. Het gaat hierbij onder meer om panden zoals kerkgebouwen en monumenten en de terreinen eromheen of panden zonder duidelijk te lokaliseren adres zoals seinhuizen ed.

Een kleine 11 procent van het ruimtebeslag bestaat uit niet verder gespecifieerde onbebouwde terreinen: dat zijn bijvoorbeeld terreinen met een transport-gerelateerde functie buiten de wegen en spoorwegen (pleinen of parkeerterreinen) en (tijdelijk) braakliggende terreinen in een sterk verstedelijkte omgeving.

Toename oppervlakte huisvesting, afname oppervlakte industrie

Volgens het Ruimterapport (RURA) van het Departement Omgeving bedroeg in 2013 de totale oppervlakte aan ruimtebeslag 32,5 procent van het Vlaamse grondgebied. Uit een nieuwe berekening op basis van de landgebruikskaart van 2016 blijkt dat het ruimtebeslag gestegen is naar 33,0 procent.

De grootste groei in oppervlakte wordt ingenomen door huisvesting met 4.500 ha ofwel een groei van 4,1 ha./dag. De transportinfrastructuur is in de periode 2013-2016 gegroeid met meer dan 1.000 ha. (ongeveer 1 ha/dag). De ruimte ingenomen door industrie, handel en diensten is met een kleine 500 ha toegenomen. Binnen die economische sectoren zijn er wel wat verschuivingen opgetreden. Zo is de oppervlakte voor industriële doeleinden afgenomen met ongeveer 1.400 ha waarvan het grootste deel is doorgeschoven naar diensten en gebieden voor commerciële doeleinden met respectievelijk 1.350 ha. en 550 ha.

Ruimtebeslag per gemeente (cf. bijlage)

In 55 gemeenten is het ruimtebeslag hoger dan of gelijk aan 50 procent. Uiteraard is dit het geval bij het stedelijk gebied zoals in en rond Antwerpen, Gent en de Brusselse rand, maar uitschieters met een ruimtebeslag van meer dan 50 procent vinden we ook terug in villagemeenten zoals Keerbergen, Schilde of Sint-Martens-Latem. Gemeenten met grote industrieterreinen zoals in Olen, Willebroek, Rumst, Boom en Izegem vertonen een hoger ruimtebeslag, net als gemeenten met opvallend veel serre-infrastructuur zoals Sint-Katelijne-Waver en Duffel.

Lees hier:

het volledige eindrapport 

een overzicht van het ruimtebeslag in percentage per gemeente